Bericht

Woningnood in de Gascognehof

Geplaatst op 7 november 2023, 16:57 uur
Illustration

Het is in de zestiger jaren van de vorige eeuw. Ik word wakker, mijn moeder opent het raam van de slaapkamer. Het gekwetter van de mussen vult de tuinen en bij het openen van het raam ook mijn slaapkamer. Het is een heel vertrouwd geluid. Ik kijk naar buiten en bij de minste verstoring fladderen de mussen in grote getalen van de ene tuin naar de andere. Het lijkt wel een grote vriendenclub die samen de dag doorbrengt. Iedere dag opnieuw.

Het is voorjaar 2023 als ik meimerend door het raam de tuin inkijk. Ik realiseer me dat onze vierjarige kleindochter het geluid van hordes kwetterende mussen niet kent. Ik laat dat eens even op mij inwerken. Tegenwoordig heerst er eerder een soort van ‘mussenstilte’ in onze leefomgeving. Als ik goed kijk in onze tuin zie ik af en toe nog een mus scharrelen. “Goh, een mus, kijk dan!” Het is bijna een bezienswaardigheid, dat mij tot nadenken stemt en mijn nieuwsgierigheid dwingt om op onlineonderzoek te gaan.

Na enig speurwerk lees ik op een betrouwbare internetbron dat de afgelopen 25 jaar de mussenpopulatie in ons land gehalveerd is. Dat is een nogal schokkende constatering vind ik. Wat is er aan de hand?

Mussen leven graag in de nabijheid van kruiden-en voedselrijke rommelhoekjes. Hun nestjes bouwen ze graag in de gaten en kieren van onze huizen. Of in de heggen en struiken in onze tuinen. Daar is namelijk ook voldoende voedsel te vinden; insecten, larfjes en zaden van onze planten en bloemen. Deze laatste zinnen moet ik eigenlijk in de verleden tijd schrijven want we zijn de afgelopen decennia onze tuinen gaan verstenen. Het zijn veelal verschraald, netjes opgeruimde, aangeharkte en afgebakende perceeltjes geworden. Onze huizen hebben we zo veel als mogelijk geïsoleerd, gaten en kieren gedicht. En ook onze landschappen hebben we netjes gecultiveerd en naar onze menselijk hand gezet. Hierdoor wordt het voor onze gevleugelde stadsvrienden steeds moeilijker om natuurlijke nestplaatsen te maken en voedsel te vinden. Er is vogelwoningnood ontstaan. De stadsvogels worden bedreigd in hun bestaan en de huismus staat inmiddels op de rode lijst van de vogelbescherming.  

En dan oppert een medebewoner in de Gascognehof: “laten we met de straat vogelhuisjes gaan maken”! In no-time ontstaat er hier in de straat een sociale activiteit, zo gaat dat hier; het buurtvogelproject. We gaan de woningnood voor onze gevleugelde stadsvriendjes aanpakken, er moet gebouwd worden. Althans in de Gascognehof.

Er komen enkele bewoners bij elkaar, er wordt een plannetje gemaakt, subsidie gezocht, materiaal gekocht en een datum gepland. Hupsakee! We besluiten om 80 bouwpakketjes voor vogelhuisjes te gaan maken. Woningen voor de huismus, de koolmees en de pimpelmees.

Er wordt hout gekocht en schroeven, spijkers en houtlijm aangeschaft. Het toeval wil dat ik al mijn hele leven lang graag met hout in de weer ben en over een houtwerkplaatsje-aan-huis beschik. Tachtig bouwpakketjes worden er in de ‘mancave’ gezaagd. Dat betekent 480 plankjes in allerlei maten en vormen. Spijkergaten worden met hulp van medebewoners voorgeboord zoals dat gebruikelijk is bij bouwpakketjes; ruim 3000 in totaal. Het is een heel project in voorbereiding.

Afgelopen zondagmiddag 5 november was het zover. Onze buurttent wordt opgebouwd en ingericht met werkbanken en gereedschap. Er is voor koffie, thee en warme chocolademelk met slagroom gezorgd. Bewoners komen met peperkoeken en een groepje kinderen in de straat maakt ’s morgens nog even 30 ontzettend knap versierde cupcakes, ware kunstwerkjes! Zelf ben ik niet zo van de zoetigheden maar deze waren toch wel erg lekker.

Om 13.00 gaat het beginnen. Er ontstaat meteen een gezellige drukte in de tent. En wat een herrie zeg! Tientallen hamers knallen op de spijkers en de schroefmachientjes draaien overuren. Het is een komen en gaan van medebewoners, velen willen een steentje bijdragen aan dit mooie, waardevolle buurtvogelproject. Het is zo druk dat we elkaar ook buiten de tent ontmoeten, ondanks de regenbuitjes die zo nu en dan langskomen. 

Er is hard geknutseld maar dan heb je ook wat. Tegen het einde van de middag kunnenn we zien hoe een berg douglas-houten planken, via een hobbywerkplaatsje verzaagd tot bouwpakketjes, door tientallen bewoners zijn omgetoverd tot 80 woningen voor onze gevleugelde vriendjes. Ze hangen nu in onze straat, in onze tuinen en in onze gezamenlijke buurttuin. Kom kijken!

We dachten altijd dat vogelhuisjes alleen bedoeld waren om een nestje te bouwen en jongen groot te brengen. Tegenwoordig weten we dat de vogels de huisjes ook gebruiken als noodzakelijke schuilplaats. In de wintermaanden tegen de kou, maar ook het gehele jaar door tegen roofdieren en slechte weersomstandigheden. Daarom hangen ze nu al, voor het invallen van de winter al in onze straat, klaar voor de nieuwe bewoners.

Dank aan het LTAB voor de mooie financiële ondersteuning. Zonder jullie hulp hadden we ons buurtvogelproject niet kunnen realiseren. Als ik nu de straat in kijk ben ik weer verwonderd; in alle bomen hangen vogelhuisjes. Het levert een mooie en hoopvolle aanblik. Hopelijk hebben we met het buurtvogelproject in onze leefgemeenschap een bijdrage kunnen leveren aan de vogelwoningnood.

Deel dit: